Als mogelijke nieuwe bijdrage suggereert zij om iedereen tot professor te maken die gepromoveerd is en om iedere gepromoveerde en universitair docent een toga te laten dragen bij officiële gebeurtenissen. Zij geeft aan dat binnen de Universiteit Utrecht tegenwoordig niet alleen de hoogleraren een toga dragen bij promoties maar ook andere leden van de promotiecommissie.

Vervolgens presenteert zij het bekende verhaal van Euripides uit de klassieke oudheid in de 5e eeuw voor Christus over de Trojaanse vrouwen. Het verhaal speelt zich af in de stad Troje die net gevallen is in handen van Athene en daarna in vlammen op zal gaan. De vrouwen in dit verhaal hebben elk hun eigen reflecties en hun eigen manier om te overleven. Zij beschrijft hoe koningin-moeder Hécuba zichzelf beschrijft als een schip dat vaart op de woeste golven van het lot. De metafoor blijkt echter ook een concreet gegeven voor de vrouwen van Troje: zullen ze per schip naar hun toekomstige meesters in Athene overgebracht worden? Immers, de mannen zullen gedood worden en de vrouwen en kinderen als slaven verkocht. De Trojaanse prinses Andromache, vrouw van Hektor, wordt vervolgens geschetst. Zij en Hécuba vinden elkaar in zelfbeklag; daarna beschrijft ze Cassandra, de zieneres die door niemand geloofd wordt. Cassandra heeft evenwel een geheel andere visie op de dramatische toekomst, evenals Héléna. Tegen Héléna wordt een proces gevoerd, waarin ze beschuldigd wordt door Hécuba. Maar ook Héléna ontloopt haar noodlot niet. Hécuba probeert nog raad te geven aan haar dochter en schoondochter en kleinzoon. Daarbij zoekt zij de ruimte op die haar rest om haar invloed aan te wenden. Hier legt Ineke het accent op het begrip ‘overleving’ door de vrouw: ze laat zien dat getrouwde vrouwen binnen de ruimte die er binnen het huwelijk beschikbaar is hun invloed kunnen aanwenden. Maar dat vrouwen ook andere overlevingsmechanismen hebben, zoals het toneelstuk over de Trojaanse vrouwen zichtbaar maakt. Zij acht deze overlevingsmechanismen te rechtvaardigen.

Hierna staat Ineke nog even stil bij de vraag of er typische mannelijke of typische vrouwelijke eigenschappen zijn. Zij raakt dan aan het fenomeen van de Queen Bee. Een Queen Bee heeft eigenschappen die men eerder mannelijk acht, zoals het hebben van succes, bijvoorbeeld Hilary Clinton. Als een vrouw ferme taal bezigt wordt zij als een bitch geduid, bezigt zij zachte taal dan wordt haar een gebrek aan leiderschap verweten. Daarmee komt Ineke weer bij het thema van de middag: innemen en uitleggen. Haar impliciete advies is dan ook om van de ruimte die je tot je beschikking hebt gebruik te maken.